​Wie kent het niet goulash, die heerlijke stoofschotel? De Hongaren in ieder geval niet. Goulash of eigenlijk gulyás is een soep! Wat wij in Nederland goulash noemen heet bij onze Hongaarse buren pörkölt en bij ons in Slowakije perkelt. Een beetje verwarrend, want we hebben toch vaker trek in een lekkere hartige stoofschotel dan in soep. En die noemen we dan gewoon, geheel onterecht, goulash. Eigenwijze Hollanders.

Een goede goulash wordt normaal bereid in een grote ketel die je boven een houtvuur hangt. Bij ons op de camping hebben we er een flink aantal te leen, en kampvuur maken mag bij elke kampeerplek. De bereiding van goulash is een sociaal gebeuren en duurt een aantal uren, waarbij je regelmatig in de goulash roert onder het genot van een lekker wijntje of een fris biertje. Naast stoofvlees zijn de andere ingrediënten uien, knoflook en rode paprika's. Heel belangrijk zijn ook de kruiden. Gebruik niet te weinig van zoete en hete paprikapoeder, wat karwijzaad (kummel) en enkele laurierblaadjes.

Wijzelf gebruiken een, hier te verkrijgen, kant en klaar kruidenmengsel. Naast extra paprikapoeder doen we er ook vaak nog wat aardappelblokjes en tomaten(puree) in. Het geheim van een lekkere goulash is volgens onze buurman dat je evenveel uien als vlees gebruikt. En onze buurman die maakt echt hele lekkere goulash!
​
Boodschappenlijstje
Voor 4 personen
- 1 kilo uien
- 1 kilo stevig rood vlees (rund, varken, lam, geit....)
- Circa 3 rode paprika's 
- Tomaten, al dan niet uit blik
- Voldoende van de eerder genoemde kruiden of een kant en klaar kruidenmengsel 
- Knoflook naar smaak, maar zeker niet te weinig
- Zout naar smaak
- Zonnebloemolie

AAN DE SLAGSteek je houtvuur aan. Hang je ketel boven het vuur en braad het vlees aan in een flinke scheut zonnebloemolie. Haal het vlees uit de ketel en fruit de uien en de knoflook. Nu kunnen de paprika's en de fijn gesneden tomaten worden toegevoegd. Zodra de groentes zachtjes pruttelen, doe je de kruiden en het vlees er bij. Regelmatig even roeren en als de stoofpot te droog wordt, giet je er wat water bij. Natuurlijk mag dat ook wijn of bier zijn. Een half uur tot drie kwartier voor het einde doe je er in blokjes gesneden aardappels bij om het geheel nog meer body te geven. En natuurlijk blijf je proeven om te weten of er meer zout of kruiden bij moeten. Goulash maken is geen wetenschap, het is een kunst! Bij gebrek aan een ketel en een houtvuur kun je dit natuurlijk ook gewoon thuis op je eigen fornuis maken. Serveer met rijst of stevig brood.
Eet smakelijk!

Maar nu hebben we Kweetniet ook wel verbasterd als Kweenie. Ze weet het niet, of eigenlijk weten wij het niet. Graag verdelen we de hele zoogdierenwereld in twee categorieën, je bent een mannetje of vrouwtje. En dan moeten mannetjes op vrouwtjes vallen en anders om. Anders is het niet normaal of wordt het zelfs onnatuurlijk genoemd. Nou Kweenie is een vrouwtje die ook best wel op een mannetje lijkt met haar stevige bouw, kleine uier en lange baard. En ze valt op dames. Van heren moet ze niets hebben. Ze wordt niet zwanger maar raar genoeg geeft ze wel melk. Niet heel veel. Dus dan komt hier automatisch de vraag of ze genoeg produceert om haar verblijfsvergunning te verdienen. Zo niet dan volgt ze het zelfde carrièrepad als de varkens, een Kweetniet verkopen aan een andere boer dat Kanniet. Tot nu aan toe heeft ze nog steeds het voordeel van de twijfel gehad. Het is naast een matige melkgeit een hele goede educatiegeit. Het maakt het onderwerp van transgenders en homoseksualiteit onder onze jonge gasten op een natuurlijke manier bespreekbaar. Dat blijkt dus niet onnatuurlijk te zijn.

Lang leve Kweenie!     ​